Een Mariale maand

De traditie van de Kerk op veel plaatsen wijdt de maand mei aan Onze Lieve Vrouw. Enkele bronnen om Maria beter te leren kennen en liefhebben.

Onze Lieve Vrouw van Sonsoles ((c) 2017 St Josemaria Institute).

"We staan aan het begin van de meimaand en Hij wil dat wij deze gelegenheid niet onbenut laten en dat we, door vol vertrouwen met zijn Moeder om te gaan, meer van Hem gaan houden en iedere dag meer contact met haar zoeken — in kleine dingen, in liefdevolle attenties — waar gaandeweg een grotere persoonlijke heiligheid en meer apostolische ijver uit voortkomt, dat wil zeggen dat we een voortdurende inspanning doen om bij te dragen aan de verlossing waarvoor Christus naar de wereld is gekomen."[1]

In de traditie van de Kerk wordt op vele plaatsen de maand mei gewijd aan de Heilige Maagd Maria. In deze tijd trachten de katholieken de Moeder Gods meer in hun hart aanwezig te hebben, met een liefde die tot uiting komt in een hartelijke devotie tot Onze Lieve Vrouw.

De heilige Jozefmaria hield ervan zijn liefde voor de Maagd Maria op vele manieren te tonen, maar hij zei altijd dat een van zijn favorieten een pelgrimstocht was die individueel of met een groep van twee of drie werd gedaan. “Ik respecteer en waardeer andere publieke uitingen van vroomheid, maar zelf wil ik mijn genegenheid en enthousiasme voor Maria het liefst door persoonlijke bezoeken of in kleine groepjes uiten, waardoor een gevoel van intimiteit ontstaat.”[2]

In 1935, na zijn eerste bezoek aan het heiligdom van de Sonsoles bij Avila, stelde de stichter van Opus Deieen mei-bedevaart als gewoonte in voor mensen in Opus Dei. Als teken van liefde voor Maria maken zij elke maand mei een bedevaart naar een heiligdom of een andere plaats waar een afbeelding van de heilige Maria wordt vereerd, zo mogelijk vergezeld van vrienden van hen. Vanaf dat moment heeft dit gebruik zich verspreid onder vele andere mensen die met zijn boodschap in aanraking zijn gekomen.

Een bedevaart in mei is een bezoek aan de Maagd Maria dat met kinderlijke liefde wordt afgelegd. De heilige Jozefmaria bad drie delen van de rozenkrans: één op de heenweg, een ander, dat overeenkomt met de dag van de week, voor de beeltenis van Onze Lieve Vrouw en een derde op de terugweg.

Kleine verstervingen kunnen Onze Lieve Vrouw worden aangeboden voor persoonlijke noden en voor de hele Kerk: een deel van de pelgrimstocht te voet afleggen; slecht weer of verkeer opgewekt aanvaarden; geen versnapering nemen; enz.

De gewoonte van de mei-bedevaart heeft een uitgesproken apostolische geest. De heilige Jozefmaria moedigde ons aan om het met een vriend of familielid te doen en van de gelegenheid gebruik te maken om hen een stap voorwaarts in hun christelijk leven voor te stellen.

“Aan veel bekeringen en beslissingen om zich over te geven in dienst van God is een ontmoeting met Maria voorafgegaan. Onze Lieve Vrouw heeft ons gesteund op onze zoektocht en ze heeft de onrust in onze ziel met moederlijke zorg omringd en ons geholpen om te veranderen en naar een nieuw leven te verlangen. En zo heeft het doet maar wat Hij u zeggen zal tot een edelmoedige overgave geleid, tot de christelijke roeping die sindsdien heel ons leven verlicht.”[3]

“Een bijzondere manifestatie van het moederschap van Maria,” zei Johannes Paulus II in Fatima, “is te vinden op de plaatsen waar zij zich met de mensheid heeft beziggehouden, plaatsen waar de bijzondere aanwezigheid van onze Moeder is opgemerkt. Op al deze plaatsen wordt het unieke getuigenis van onze gekruisigde Heer vervuld. Daar is de mensheid aan Maria toevertrouwd; daar kunnen wij haar ontmoeten als onze eigen moeder, ons hart voor haar openen, met haar over alles spreken.”


[1] Heilige Jozefmaria, Christus komt langs, nr. 149.

[2] Ibid, nr. 139.

[3] Ibid., nr. 149.