In mei, nu we onze blik op onze Moeder Maria richten, spannen we ons extra in om meer aan haar te denken en meer met haar om te gaan. Eigenlijk kunnen we altijd weer van het voorbeeld van haar leven leren. Ook nu, in deze bijzondere tijd van ‘sociale afstand’ – die we nu beleven –, helpt Onze Lieve Vrouw ons om een betere vriend of vriendin te zijn, stimuleert ze onze edelmoedigheid om er voor de anderen te zijn en hun nabij te zijn, zodat niemand zich alleen voelt. Het leven van Maria leert ons dat ook in ons leven de menselijke vriendschap met een nieuwe en bovennatuurlijke kracht voortkomt uit de vriendschap met God.
We leren dit elke keer als we de rozenkrans bidden. Paus Franciscus heeft gevraagd “gedurende de meimaand de schoonheid van het bidden van de rozenkrans thuis opnieuw te ontdekken”. In het licht van de huidige gezondheidscrisis zal het bidden van de rozenkrans in het gezin ons helpen, zoals de Paus zegt, om “met elkaar het gelaat van Christus te beschouwen met het hart van Maria, onze Moeder” en op deze manier “zal dat ons nog meer als een geestelijke familie verenigen en ons helpen deze beproeving te overwinnen”.
Het samen bidden van de rozenkrans helpt ook om het gezin dichter bij elkaar te brengen. Op een geestelijke manier nemen we zo door de Gemeenschap van de heiligen als één grote familie onze toevlucht tot dezelfde Moeder met de hele Kerk; en op een of andere manier ook met de hele mensheid. Ook kunnen wij een vriend of vriendin uitnodigen de rozenkrans samen met ons te bidden, als ze dat willen misschien via de digitale media. In sommige gevallen zal het misschien een gelegenheid zijn iemand te helpen het rozenkransgebed voor het eerst te ontdekken.
De heilige Johannes Paulus II heeft gezegd dat de rozenkrans “als het ware een samenvatting van het Evangelie” is, een gebed dat tegelijk mariaal en christologisch is. In elk geheim beschouwen we een moment van de heilsgeschiedenis. Uit deze beschouwing kan weer de bereidheid voortkomen om de noden van de anderen te ontdekken en om ze zonder uitstel een dienst te bewijzen, zoals vrienden doen.
Onze Lieve Vrouw gaat na haar fiat! (‘mij geschiede naar uw Woord’) met spoed op weg om haar nicht Elisabeth te helpen. De engel had haar dat niet aangegeven; hij had haar meegedeeld dat haar nicht als teken van de almacht van God een kind verwachtte. Maar Maria beseft dat Elisabeth hulp nodig zal hebben. En zij, die reeds de Moeder van God is, laat ons zo die uiting van liefde en ware vriendschap zien, die inhoudt dat we ons meteen geven, in een dienstbaarheid zonder eigenbelang.
De jaren gaan voorbij en we zien Maria in het gezelschap van Jezus op een bruiloft in Kana: ook daar ontdekt ze eerder dan wie ook de nood van de bruid en bruidegom en neemt ze het initiatief. De vriendschapsliefde verlicht haar blik en ze ontdekt dingen die misschien onopgemerkt blijven door de anderen.
Later beschouwen we Maria naast het kruis van haar Zoon. De heilige Jozefmaria moedigt ieder van ons aan: “Bewonder de zielskracht van de heilige Maria: aan de voet van het Kruis, ten prooi aan de diepste menselijke smart – geen smart is aan de hare gelijk – en toch vol sterkte. – Vraag haar om die zielskracht, opdat ook jij het aan de voet van het Kruis leert uithouden”.[1] Laten we haar vragen ons te helpen haar na te volgen in haar vermogen sterk te zijn tegenover het lijden, vooral in deze tijd, zodat we met een oprechte vriendschap een hulp en een troost kunnen zijn voor anderen.
Na de verrijzenis van Jezus verenigt Maria de apostelen die na het lijden van de Heer verstrooid waren geraakt om haar heen; zij begeleidt en troost hen.
Sint Lucas zegt over de heilige Maagd: “Zij bewaarde al deze woorden – die over Jezus gaan – in haar hart en overwoog ze bij zichzelf” (Lc 2,19). Maria bidt: haar gesprek met God is beschouwing en dialoog van liefde. Het is vriendschap met God. En in haar omgang met God aarzelt ze niet om te laten zien wat ze denkt, zoals we op verschillende momenten in het Evangelie zien. Bijvoorbeeld wanneer ze de engel antwoordt: “Hoe zal dit geschieden, daar ik geen man beken?” (Lc 1,34). Later, als zij het Kind in de tempel terugvindt, vraagt zij aan Jezus: “Waarom hebt Ge ons dit aangedaan? Denk toch eens met wat een pijn uw vader en ik naar U hebben gezocht” (Lc 2,48). Op de bruiloft van Kana deelt ze in alle eenvoud met Jezus wat ze ziet en zegt: “Ze hebben geen wijn” (Joh 2,3). Op andere momenten lijkt ze niet veel woorden nodig te hebben om de Heer wat mee te delen. Ze weet Gods tijd af te wachten en ondertussen ‘overweegt’ ze de dingen ‘in haar hart’. In wezen is dat het gebed: een sterke band van vriendschap en vertrouwen met God, die Hij met ieder van ons verlangt te hebben.
Laten we naar Jezus gaan door Maria. De heilige Jozefmaria heeft deze weg voor het christelijk leven vaak uiteengezet: “Als je Maria zoekt, zul je Jezus vinden”.[2] In veel landen met een christelijke traditie ‘zoeken wij Maria’ door Mariaheiligdommen te bezoeken. Dit jaar zal het misschien niet mogelijk zijn fysiek naar de bedevaartplaatsen in de buurt te gaan. Maar de digitale media zullen ons ook helpen manieren te vinden om deze bedevaarten van mei op een andere manier te maken, desnoods vanuit ons eigen huis.
Wanneer we de rozenkrans bidden, doen we dat door met de ogen van Maria naar Jezus te kijken, want iedere keer dat we ons tot haar richten brengt de allerheiligste Maagd ons naar haar Zoon. Laten we onze toevlucht nemen tot haar, omnipotentia suplicante (smekende almacht) om trouw te zijn aan de plannen van God voor ieder van ons, ook in tijden van grote onzekerheid. Zij die heel moeilijke en pijnlijke momenten heeft doorgemaakt zal ons troosten en sterken opdat wij – met vertrouwen in de plannen van God – een steun kunnen zijn voor onze vrienden en geliefden met een ware liefde voor de anderen.
Beluister de meditatie in het Engels
Beluister de originele meditatie in het Spaans
[1] Heilige Jozefmaria, De Weg, nr. 508.
[2] Heilige Jozefmaria, Christus komt langs, nr. 144.