Nederlandse jongeren helpen gehandicapte kinderen in Polen

Deze zomer zijn twaalf Nederlandse jongeren in Krakau geweest om zich enkele weken in te zetten voor lichamelijk en verstandelijk gehandicapte kinderen in een weeshuis. Daarnaast hielpen ze Poolse gezinnen met een revalidatieprogramma voor hun kinderen.

Verzorgen van de kinderen.

Op initiatief van het British Institute for Brain Injured Children (BIBIC) krijgen deze gezinnen een speciaal trainingsprogramma. Het doel hiervan is om de hersenactiviteit van het kind te ontwikkelen. Dit gebeurt door middel van intensieve oefeningen. Gedurende het jaar besteden de gezinsleden samen met vrijwilligers veel tijd aan het uitvoeren van dit functietrainingsprogramma.

Deze zomer namen de Nederlandse jongeren gedurende tien dagen een gedeelte van deze zorg op zich. De organiserende jeugdclub De Borcht uit Amsterdam, een gemeenschappelijk initiatief van het Opus Dei, heeft inmiddels ervaring opgebouwd met deze hulpprojecten. Esther Roeleveld (32) en Corine van Vliet (25) waren betrokken bij de leiding van de groep. Esther is werkzaam als financieel projectmedewerker in Amsterdam en Corine werkt als arts in het ziekenhuis Amstelveen. Beiden vertellen hun ervaringen.

Potjes ‘bellenblaas’

“Door onze aanwezigheid in het kindertehuis was er net wat meer tijd om extra activiteiten met hen te ondernemen. Naast verzorgingstaken zoals eten geven, hebben we veel gespeeld en gewandeld met de kinderen. Na een paar dagen merkten we al dat de kinderen ons herkenden en contact met ons zochten. Zo durfde een autistische jongen, Bartek, over een loopbrug te gaan nadat ik het had voorgedaan. Vanuit Nederland hebben we cadeaus en sponsorgeld meegenomen. Vooral de potjes ‘bellenblaas’ waren een enorm succes.”

“Ik heb ook geholpen in het gezin van Anja. Zij is acht jaar en ernstig lichamelijk en verstandelijk gehandicapt. De ouders doen drie keer per dag gedurende twee uur oefeningen met het meisje. Dus zes uur per dag! Gelukkig krijgen zij veel hulp van vrijwilligers en buren want de oefeningen moeten met minimaal drie personen uitgevoerd worden. De trouw en het geduld waarmee alle oefeningen gedaan werden, het enthousiasme en de warmte van het gezin, drukt de liefde uit voor het kind en hoop voor de toekomst. Dit alles heeft op mij ontzettend veel indruk gemaakt.”

Ontmoeting

“Dit was echt een vakantie waarin alle facetten aan bod kwamen. Werk, cultuur, ontspanning, maar vooral ook ontmoeting. Onze groep werd begeleid door twee Poolse studentes. Zij vertaalden niet alleen, maar vertelden ook over de gebruiken van het land. In het kindertehuis was er tegelijkertijd een Spaanse groep aan het helpen. Samen met hen en de gehandicapte kinderen hebben we gezongen en gedanst. Iedereen genoot.”

Wandelen met de kinderen.

“Als arts maak ik de ‘zieke’ mens alleen maar in het ziekenhuis mee. Hier heb ik ook ervaren wat het betekent voor een gezin om een gehandicapt kind te hebben. Door de oefeningen met Anja te doen, heb ik mogen delen in de intieme sfeer van het gezin. Het helpen bij de gezinnen heb ik dan ook absoluut niet als werk ervaren.”

"Drie scholieren van onze groep zijn voor de tweede keer meegegaan. Zij hebben dit jaar enkele bejaarden, die ze vorig jaar in Krakau in het verpleeghuis hadden verzorgd, opgezocht. De mensen herkenden hen en waren heel blij ze weer te ontmoeten. Het was mooi om te zien met hoeveel inzet deze scholieren werkten, ’s ochtends in het weeshuis en een paar middagen met de bejaarden. Ik heb werkelijk bewondering voor ze!"