Jaar van de Rozenkrans eind oktober afgesloten

Johannes Paulus II zei op de algemene audiëntie van 29 oktober jl. dat “het Jaar van de Rozenkrans deze maand oktober eindigt. Ik dank God voor deze tijd van genade”.

“Ik ben God diep dankbaar voor deze tijd van genade, waarin heel de kerkelijke gemeenschap zich heeft kunnen verdiepen in de waarde en het belang van de rozenkrans als christologisch en contemplatief gebed”, aldus de paus voor 16.000 aanwezigen.

Johannes Paulus II herinnerde aan het motto van het Rozenkransjaar: het met Maria aanschouwen van het gelaat van Christus. Deze woorden uit de apostolische brief Rosarium Virginis Mariae geven volgens de paus “kernachtig de betekenis weer van dit tegelijk eenvoudige en diepgaande gebed. Ze wijzen ook op het verband tussen de rozenkrans en de weg die aan het volk Gods is gewezen in mijn apostolische brief Novo millennio ineunte ”.

“De individuele gelovigen zijn aan het begin van het derde millennium geroepen om te groeien als ‘aanschouwers van het gelaat van Christus’; de kerkelijke gemeenschappen om ‘authentieke leerscholen van gebed’ te worden. De rozenkrans is de mariale weg bij uitstek om dit dubbele doel te bereiken.”

De paus zei dat hij dit jaar “twee gebedsintenties aan het volk van God had toevertrouwd: de vrede en het gezin. De 21ste eeuw, die begon in het teken van de grote jubileumverzoening, heeft helaas ook talrijke en langdurige daden van oorlog en geweld geërfd. De verschrikkelijke aanslagen op 11 september 2001 en de daarop volgende gebeurtenissen hebben de spanning in heel de wereld vergroot. Het in deze zorgelijke situatie bidden van de rozenkrans betekent niet dat men zich daarvoor afsluit. Het is juist een verantwoorde uiting van geloof: door het aanschouwen van het gelaat van Christus, die onze Vrede en verzoening is, willen wij God de gave van de vrede afsmeken op voorspraak van Onze Lieve Vrouw. Aan haar vragen wij de nodige kracht om bouwers van vrede te zijn, te beginnen in het dagelijkse gezinsleven”.

De Heilige Vader benadrukte dat het gezin “de eerste omgeving moet zijn waarin de vrede van Christus wordt ontvangen, gecultiveerd en bewaard. In onze tijd is het zonder gebed steeds moeilijker dat het gezin aan zijn roeping beantwoordt. Het zou daarom zeer waardevol zijn die mooie gewoonte van het bidden van de rozenkrans in het gezin te herstellen, zoals vorige generaties deden. «Het gezin dat eensgezind bidt, blijft verenigd»”.

“Ik vertrouw deze intenties toe aan de Maagd, opdat zij de gezinnen beschermt en de vrede verkrijgt voor iedere persoon afzonderlijk en voor heel de wereld. Ik hoop dat alle gelovigen, vergezeld door de Maagd, de weg van de heiligheid met beslistheid afleggen. Dat zij de blik op Christus gericht houden en door de rozenkrans de mysteries van heil overwegen. Dit zal de mooiste vrucht zijn van het Jaar van de Rozenkrans.”

Vatican Information Service