De Heer aanwezig in het leven van ieder van ons

VATICAANSTAD - Op Sacramentsdag heeft Benedictus XVI de Mis opgedragen op het plein voor de basiliek van Sint Jan van Lateranen. Daarna ging hij voor in de traditionele Sacramentsprocessie naar de basiliek van Santa Maria Maggiore.

De paus geknield voor de monstrans

In zijn homilie zei de paus dat de Kerk op deze dag “het Mysterie van Witte Donderdag doet herleven in het licht van de Verrijzenis. Bij deze gelegenheid herhaalt de Kerk met een processie het vertrek van Jezus uit het Cenakel om op weg te gaan naar de Olijfberg… Jezus schenkt werkelijk zijn lichaam en zijn bloed. Door zijn overgang door de dood heen wordt hij levend brood, manna dat eeuwenlang blijft voeden.“

“Bij het feest van Sacramentsdag, herhalen we de processie van Witte Donderdag, maar met de blijdschap van de Verrijzenis. Verrezen gaat de Heer ons voor… Hij gaat ons voor naar de Vader, stijgt op naar de hoogte van God en nodigt ons uit om Hem te volgen… Het wezenlijke doel van onze reis is de vereniging met God.“

Daarna herinnerde de paus eraan dat de Heer in het Sacrament van de Eucharistie “blijft voorttrekken in de wereld. Deze universele eucharistische aanwezigheid openbaart zich in de processie die we nu in geloof verrichten. Wij dragen Christus onder de gedaante van brood door de straten van Rome. Deze huizen, deze straten en jullie levens, die dragen we op aan zijn goedheid. Onze straten zijn de zijne! Onze huizen zijn voor Hem. Ons dagelijks bestaan is doordrongen van de aanwezigheid van Jezus. Op deze manier brengen we onder zijn ogen de pijnen van de zieken, de eenzaamheid van de jongeren en van de ouden van dagen, de spanningen en angsten van ons dagelijks leven van ieder van ons. Onze processie wil een grote publieke zegening zijn voor onze stad. Christus in eigen persoon is een goddelijke zegen voor deze wereld en deze heeft een uitwerking op ons allen.“

Over het gebod van Christus zei Benedictus XVI: “Men mag de Verrezene onder de gedaante van brood niet nuttigen als een gewoon stukje brood. Dit brood eten betekent communiceren en in een levensgemeenschap treden met de levende Heer. Deze maaltijd is een werkelijke ontmoeting tussen twee personen. Deze intieme vereniging laat ons binnentreden in het leven van degene die de Heer is, mijn Schepper, mijn Verlosser. Het wezen van deze communie is de vereniging van mijn leven met het zijne, mijn omvorming en vereenzelviging met degene die de levende Liefde is. Die communie veronderstelt dus de aanbidding, de wil om Christus te volgen, die ons voorgaat. Aanbidding en processie horen bij een houding van gemeenschap die enig is in zijn soort en beantwoordt aan het gebod van Christus om te nemen en te eten.“

Aan het einde van zijn homilie zei de paus dat de processie naar de Santa Maria Maggiore ook “een ontmoeting is met de heilige Maagd, die de geliefde Johannes Paulus II Vrouw van de Eucharistie noemde. Ja, Maria, de Moeder van de Heer, leert ons wat het betekent om verenigd te zijn met Christus… Laten wij haar vragen dat ze ons helpt om ons hart steeds verder open te stellen voor de aanwezigheid van Christus, om elke dag opnieuw onze levensweg beter te volgen“.

In de Eucharistische processie naar de grote mariale basiliek van Rome werd Benedictus XVI vergezeld van duizenden gelovigen die achter het Heilig Sacrament baden en zongen. De Paus was geknield in gebed voor de monstrans in een overdekt voertuig.

Vatican information service