Moge Jezus jullie, mijn geliefde dochters en zonen, behoeden!
Laten we blijven bidden voor de apostolische inzet in de hele wereld, nu concreet voor een nieuwe regio die Colombia en Ecuador omvat. En vergeten jullie ook niet mij met jullie gebeden te vergezellen op de reis die ik over een paar dagen naar verschillende landen ga maken.
Met deze boodschap zou ik, bij gelegenheid van het feest van de heilige Maria Magdalena dat wij de 22e zullen vieren, graag willen dat wij met een hernieuwd enthousiasme Jezus’ uitnodiging tot bekering aannemen. Het is een blijvende opdracht, omdat onze motivering en onze bezieling daarvoor constant moeten zijn: de liefde tot God en, door Hem en in Hem, de liefde voor de anderen.
Wij zijn ervan overtuigd – dat horen wij allemaal te zijn – dat wij bekering nodig hebben. Dit maakt ons niet bedroefd, want het betekent dat wij opnieuw op weg gaan naar het huis van onze vader (vgl. Lc. 15, 11-32). Zoals de heilige Jozefmaria ons verzekert: “We bekeren ons met blijdschap, want we zijn ons bewust van ons goddelijk kindschap (Christus komt langs, nr. 64).
De vreugde van de bekering is de vreugde van de liefde, van een liefde die een antwoord is op de Liefde die God voor ons heeft; daarom vragen wij de Heer vooral om de bekering die wij nodig hebben: “Breng ons weer bij U terug, maak ons leven opnieuw zoals vroeger” (Kl. 5,21).
Ik vraag jullie te bidden voor de slachtoffers, hun familie en allen die getroffen zijn door de overstromingen in Europa, in het bijzonder in Duitsland, België en Nederland. Laten wij tot Onze Lieve Vrouw bidden voor de zoektocht naar de vermisten die nog gaande is.
Met alle genegenheid zegent jullie
jullie Vader
