“Hem bij zijn verlossingswerk helpen”
Wat moet iemand die iedere minuut van zijn leven heldhaftig heeft geleefd tevreden sterven! - Dat kan ik je verzekeren, want ik ben getuige geweest van de blijdschap van mensen die zich met kalm ongeduld vele jaren op die ontmoeting hebben voorbereid. (De Voor, 893)
“Al onze kracht is ons geleend”
Wees niet slap en week. - Het is nu toch wel tijd dat je dat rare medelijden met jezelf van je afzet. (De Weg, 193)
“Laat u helpen en leiden door een geestelijk leidsman”
Bemin de hulp van degene die je ziel leidt. Zoek die hulp! Leg bij de geestelijke leiding in alle oprechtheid je hart bloot - bedorven, als het bedorven is -, met het verlangen genezen te worden. Anders zal deze aangetaste plek nooit verdwijnen. Als je je echter tot iemand wendt die de wond alleen maar oppervlakkig kan schoonmaken... ben je een lafaard, omdat je in feite de waarheid verbergt, in het nadeel van jezelf. (De Smidse, 128)
“Dit is de Wil van God: jullie heiligheid”
Het is niet de moeite waard je te geven, als het niet voor iets heel groots is, iets dat helemaal van God is: voor de heiligheid. Daarom verkondigt de Kerk bij een heiligverklaring dat het leven van de betrokkene heldhaftig is geweest. (De Voor, 611)
“God leidt ons zonder onderbrekingen”
Zolang er strijd is, geestelijke strijd, is er innerlijk leven. Dat is wat de Heer van ons verlangt: de wil om Hem met daden te beminnen, in de kleine alledaagse dingen. Als je in het kleine overwonnen hebt, zul je ook in het grote overwinnen. (De kruisweg, 3 statie, 2)
“Wil je daadwerkelijk heilig worden?”
Wil je werkelijk heilig worden? - Vervul je kleine plicht van elk moment! Doe wat je moet, en geef je helemaal aan wat je doet. (De Weg, 815)
“God rukt je niet weg uit je omgeving”
God rukt je niet weg uit je omgeving. Hij haalt je niet uit de wereld, noch uit je milieu, je edele menselijke ambities of je beroep... Maar Hij wil wel dat je, dáár waar je bent, heilig wordt! (De Smidse, 362)
“Vecht tegen die slapheid”
Je bent lauw, als je traag en met tegenzin de dingen doet, die betrekking hebben op de Heer; als je met berekening of sluwheid probeert je plichten te verminderen; als je alleen maar aan jezelf en aan je gemak denkt; als je gesprekken ledig en nutteloos zijn; als je de dagelijkse zonde niet verafschuwt; als je handelt uit menselijke beweegredenen. (De Weg, 331)
“Wie God liefheeft, geeft zichzelf”
De tijd is onze schat, het - geld - om de eeuwigheid mee te kopen. (De Voor, 882)
“Je ontdekt dat je fouten hebt.. en wát voor fouten!”
Schrik niet als je ontdekt dat je fouten hebt... en wát voor fouten! Laat je niet ontmoedigen! Doe je best om ze met wortel en al uit te rukken. En wees ervan overtuigd dat het goed is je van je zwakheden bewust te zijn. Je zou anders alleen maar hoogmoedig worden en de hoogmoed scheidt ons van God. (De Smidse, 181)