God is ook aanwezig in de keukens

Guillaume Lutard, medewerker van het Opus Dei, is chef-kok in een beroemd Parijs restaurant. Hij legt uit hoe het begrip van de heiliging van het werk zijn dagelijks leven heeft veranderd.

Hoe heeft u het Opus Dei leren kennen?

Ik ben niet zo lang geleden weer gelovig geworden. Ik raakte natuurlijk geïnteresseerd in wat in de Kerk bestaat. Ik hoorde over het Opus Dei spreken, over de waarde die zij geven aan het werk en dit kwam overeen met de manier waarop ik over mijn beroep denk. Ik wilde er meer over weten. Ik las er een boekje over uit de reeks “Que sais-je?” en nam daarna via het Internet contact op met de Prelatuur.

Waarom het Opus Dei?

Men kan zich aangetrokken voelen door de jezuïeten, de charismatische beweging enz.

Waarom dan niet tot het Opus Dei? Als leek, past die geest goed bij me, want alles is er gericht op het geloof en het werk in het gewone leven. Ik waardeer de nauwkeurigheid van het gegeven onderricht. Ik leer de christelijke beginselen toe te passen in mijn gezin of beroep.

Wat geeft het Opus Dei u?

Een vorming die me helpt om mijn geloof beter te begrijpen en beter toe te passen in het dagelijkse leven. De bezinningen – die momenten van gebed waar een specifiek thema (familie,werk) wordt behandeld – laten me bijvoorbeeld zien dat er een manier is om in alle omstandigheden als christen te handelen.

Hoe werkt het in de praktijk?

Dit vertaalt zich voor mij in de opvoeding van mijn kinderen. Ik breng tijd met ze door, ik help ze met hun huiswerk, als ik misschien liever zou gaan tennissen met vrienden.

Ik heb in feite begrepen dat God niet op me wacht bij grote gebeurtenissen, maar bij de kleine dagelijkse dingen. Het is moeilijker dan het in eerste opzicht lijkt: veel mensen zijn bereid om 100 m te rennen, maar voor een marathon zijn ze minder talrijk.

Hoe herinnert u zich uw eerste contacten?

Ik herinner me nog mijn eerste bezinning. Ik keek ertegen op om in die kapel in een privé-huis naar binnen te gaan, maar iedereen was daar vriendelijk. Wat gezegd werd, sprak me sterk aan: het ging over een thema uit het evangelie. Het was tegelijk geestelijk en praktisch: dit sprak me aan.

Heeft u de indruk gehad dat het verhaal gericht was op een elite?

Dit zou je kunnen zeggen van elke groep die iets veeleisends voorstelt! Ik denk alleen dat mensen die hun katholieke geloof in praktijk brengen en, soms vroeg in de ochtend, extra vorming willen krijgen, uiteraard een publiek vormt met een sterkere wil. Je moet veeleisendheid niet verwarren met elite-denken.

Heeft uw omgang met het Opus Dei invloed op uw werk?

Ja. Ik heb geleerd dat het de moeite waard is om dingen goed af te maken, de “laatste steen” te leggen. Niet alleen om te genieten van de goed gedane arbeid, maar ook om anderen dienstbaar te zijn. De vorming helpt me ook om de nodige afstand te houden wanneer ik het werk van anderen moet beoordelen: ik houd meer rekening met hun moeilijkheden, zonder stil te blijven staan bij uiterlijkheden. Ik aanvaard beter het gezag in mijn verhoudingen met mensen die boven mij staan in de hiërarchie, omdat ik de betrekkelijkheid inzie van wat me kan storen.

Deze vorming moedigt me ten slotte aan om niet toe te geven aan individualisme, aan de mentaliteit van “doe waar jij zin in hebt”, maar om eerst aan het welzijn van anderen te denken zowel op het werk als in mijn gezin.

Dit heeft dus uw leven veranderd?

Van een ezel kan je geen renpaard maken!

Ik heb mijn gedrag niet zodanig veranderd dat niemand me herkent. Maar het Opus Dei moedigt me aan om fijngevoeliger om te gaan met andere mensen. Dit kan onder andere het risico wegnemen dat men alleen zou werken voor de eigen persoonlijke eer en voor het geld. Ik zet me volledig in voor mijn werk en besteed ook tijd aan mijn gezin en aan mijn kinderen. Het vraagt inspanning, dat is waar, je moet jezelf overwinnen, maar ik leer om vreugde te vinden in de vreugde die anderen van me krijgen. Dit is geluk voor de lange duur. Anders blijven we altijd bij een klein en steeds kortstondig genot.

U bent medewerker van het Opus Dei, geen lid. Wat betekent dit?

Ik bid voor het Opus Dei, ik draag financieel bij aan haar apostolische initiatieven. Ik woon ook de vormingsmiddelen bij, ik doe beroep op een priester die mij helpt. Ook dat is de leer van de Kerk in praktijk brengen.

Men heeft wel eens beweerd dat het Opus Dei een sekte is…

Het kenmerk van een sekte is dat men het armer verlaat dan men erin gekomen is. Dit is hier niet het geval! Persoonlijk wordt ik geestelijk rijker, ik word voortdurend gesteund om als christen te leven en de moeilijkheden van het leven het hoofd te bieden. En bovendien, de stichter is heilig verklaard. Wat wil men nog meer?