Paus Franciscus: “Niemand kan alleen gered worden - samen Covid-19 bestrijden, samen wegen van vrede inslaan”

Op 1 januari viert de Kerk de 56ste Wereldvredesdag. Dit jaar staat paus Franciscus stil bij de impact van de covidpandemie, de oorlog in Oekraïne en de lessen die we kunnen trekken voor de vrede.

“Het heeft geen zin, broeders, u te schrijven over tijd en uur. Gij weet zelf heel goed dat de dag des Heren komt als een dief in de nacht.” (eerste brief van Paulus aan de Thessalonicenzen, 5:1-2).

1. Met deze woorden spoorde de apostel Paulus de gemeenschap van de Thessalonicenzen aan om standvastig te blijven, hun hart en voeten stevig geplant en hun blik gericht op de wereld om hen heen en de gebeurtenissen in de geschiedenis, zelfs in afwachting van de wederkomst van de Heer. Wanneer tragische gebeurtenissen ons leven lijken te overweldigen en wij ons in een donkere en moeilijke maalstroom van onrecht en lijden gestort voelen, zijn wij eveneens geroepen ons hart open te houden voor hoop en te vertrouwen op God, die zich aanwezig stelt, ons met tederheid begeleidt, ons steunt in onze vermoeidheid en vooral onze weg leidt. Daarom spoort Sint Paulus de gemeenschap voortdurend aan om waakzaam te zijn, op zoek naar goedheid, gerechtigheid en waarheid: “Laten wij dan ook niet slapen als de anderen, maar waken en nuchter zijn” (5,6). Zijn woorden zijn een uitnodiging om waakzaam te blijven en ons niet terug te trekken in angst, verdriet of berusting, of toe te geven aan afleiding of ontmoediging. In plaats daarvan moeten we zijn als wachters die de wacht houden en klaar staan om een glimp op te vangen van het eerste licht van de dageraad, zelfs in het donkerste uur.

2. Covid-19 stortte ons in een donkere nacht. Het destabiliseerde ons dagelijks leven, verstoorde onze plannen en routines, en verstoorde de schijnbare rust van zelfs de meest welvarende samenlevingen. Het veroorzaakte desoriëntatie en lijden en veroorzaakte de dood van grote aantallen van onze broeders en zusters.

Te midden van een wervelwind van onverwachte uitdagingen en geconfronteerd met een situatie die zelfs vanuit wetenschappelijk oogpunt verwarrend is, kwamen de zorgmedewerkers wereldwijd in actie om immens lijden te verlichten en mogelijke remedies te zoeken. Tegelijkertijd moesten de politieke autoriteiten maatregelen nemen om de noodsituatie te organiseren en in goede banen te leiden.

Naast de fysieke aspecten leidde Covid-19 tot een algemene malaise bij veel individuen en gezinnen; de lange periodes van isolement en de verschillende vrijheidsbeperkingen droegen bij tot deze malaise, met aanzienlijke gevolgen op lange termijn.

We kunnen evenmin voorbijgaan aan de breuken in onze sociale en economische orde die de pandemie blootlegde, en aan de tegenstellingen en ongelijkheden die zij aan het licht bracht. Zij bedreigde de arbeidszekerheid van velen en verergerde het steeds groter wordende probleem van de eenzaamheid in onze samenlevingen, vooral bij de armen en behoeftigen. We hoeven maar te denken aan de miljoenen informele werkers in vele delen van de wereld die tijdens de lockdown zonder werk en zonder enige steun kwamen te zitten.

Slechts zelden boeken individuen en samenlevingen vooruitgang in omstandigheden die zulke gevoelens van moedeloosheid en verbittering opwekken, die de inspanningen om vrede te waarborgen verzwakken en tegelijkertijd sociale conflicten, frustratie en diverse vormen van geweld uitlokken. De pandemie lijkt zelfs de meest vreedzame delen van onze wereld te hebben verstoord en allerlei vormen van kwetsbaarheid aan het licht te hebben gebracht.

3. Drie jaar later is de tijd gekomen om vragen te stellen, te leren, te groeien en ons te laten transformeren als individu en als gemeenschap; dit is een bevoorrecht moment om ons voor te bereiden op "de dag des Heren". Ik heb al vaker opgemerkt dat we nooit hetzelfde uit een crisis komen: we komen er ofwel beter ofwel slechter uit. Vandaag wordt ons gevraagd: Wat hebben we geleerd van de pandemie? Welke nieuwe wegen moeten we bewandelen om de ketenen van onze oude gewoonten af te werpen, om beter voorbereid te zijn, om nieuwe dingen te durven? Welke tekenen van leven en hoop kunnen we zien, om ons vooruit te helpen en te proberen van onze wereld een betere plek te maken?

Zeker, nadat we rechtstreeks de kwetsbaarheid van ons eigen leven en de wereld om ons heen hebben ervaren, kunnen we zeggen dat de grootste les die we van Covid-19 hebben geleerd, het besef was dat we elkaar allemaal nodig hebben. Dat onze grootste en toch meest kwetsbare schat onze gedeelde menselijkheid is als broeders en zusters, kinderen van God. En dat niemand van ons alleen gered kan worden. Daarom moeten we dringend samen op zoek gaan naar en ons inzetten voor de universele waarden die de groei van deze menselijke broederschap kunnen sturen. We hebben ook geleerd dat het vertrouwen dat we stellen in vooruitgang, technologie en de effecten van globalisering niet alleen buitensporig is, maar veranderd is in een individualistische en afgodische roes, die de belofte van rechtvaardigheid, harmonie en vrede, waarnaar we zo vurig streven, in gevaar brengt. In onze snelle wereld blijven de wijdverbreide problemen van ongelijkheid, onrechtvaardigheid, armoede en marginalisering onrust en conflicten aanwakkeren en geweld en zelfs oorlogen veroorzaken.

De pandemie heeft dit alles aan het licht gebracht, maar heeft ook positieve gevolgen gehad. Daartoe behoren een ingetogen terugkeer naar nederigheid, een herbezinning op bepaalde consumptieve uitspattingen en een hernieuwd gevoel van solidariteit dat ons gevoeliger heeft gemaakt voor het lijden van anderen en meer ontvankelijk voor hun behoeften. We kunnen ook denken aan de – in sommige gevallen werkelijk heroïsche – inspanningen van al die mensen die zich onvermoeibaar hebben ingezet om iedereen zo goed mogelijk uit de crisis en de beroering ervan te helpen.

Deze ervaring heeft ons des te bewuster gemaakt van de noodzaak dat iedereen, ook volkeren en naties, het woord "samen" weer centraal stelt. Want het is samen, in broederschap en solidariteit, dat we vrede opbouwen, rechtvaardigheid garanderen en de grootste rampen te boven komen. De meest doeltreffende reacties op de pandemie kwamen van sociale groepen, openbare en particuliere instellingen en internationale organisaties die hun eigen belangen opzij zetten en hun krachten bundelden om de uitdagingen aan te gaan. Alleen de vrede die voortkomt uit een broederlijke en belangeloze liefde kan ons helpen persoonlijke, maatschappelijke en mondiale crises te overwinnen.

4. En toch, op het moment dat wij durfden te hopen dat de donkerste uren van de Covid-19 pandemie voorbij waren, overviel een verschrikkelijke nieuwe ramp de mensheid. We waren getuige van de aanval van een andere plaag: een andere oorlog, tot op zekere hoogte zoals die van Covid-19, maar gedreven door verwijtbare menselijke beslissingen. De oorlog in Oekraïne maakt onschuldige slachtoffers en verspreidt onzekerheid, niet alleen onder de rechtstreeks betrokkenen, maar op grote schaal en zonder onderscheid voor iedereen, ook voor degenen die, zelfs duizenden kilometers verderop, de neveneffecten ervan ondervinden – denk maar aan graantekorten en brandstofprijzen.

Dit is duidelijk niet het post-Covidale tijdperk waarop we hadden gehoopt of dat we hadden verwacht. Deze oorlog is, samen met alle andere conflicten in de wereld, een tegenslag voor de hele mensheid en niet alleen voor de direct betrokken partijen. Terwijl er een vaccin is gevonden voor Covid-19, zijn er nog geen geschikte oplossingen gevonden voor de oorlog. Zeker, het oorlogsvirus is moeilijker te overwinnen dan de virussen die ons lichaam aantasten, omdat het niet van buiten ons komt, maar van binnenuit het door de zonde aangedaan menselijk hart (vgl. Evangelie van Marcus 7:17-23).

5. Wat wordt er dan van ons gevraagd? Allereerst om ons hart te laten veranderen door onze ervaring van de crisis, om God op dit moment in de geschiedenis onze gebruikelijke criteria voor het bekijken van de wereld om ons heen te laten veranderen. We kunnen niet langer uitsluitend denken aan het creëren van ruimte voor onze persoonlijke of nationale belangen; in plaats daarvan moeten we denken in termen van het algemeen welzijn, erkennen dat we deel uitmaken van een grotere gemeenschap, en onze geest en ons hart openstellen voor universele menselijke broederschap. We kunnen ons niet alleen blijven richten op het behoud van onszelf, maar de tijd is gekomen dat we ons allemaal inspannen om onze samenleving en onze planeet te helen, de basis te leggen voor een rechtvaardiger en vreedzamer wereld, en ons serieus inzetten voor een werkelijk gemeenschappelijk goed.

Om dit te kunnen doen, en om na de Covid-19-noodtoestand een beter leven te kunnen leiden, mogen we één fundamenteel feit niet negeren, namelijk dat de vele morele, sociale, politieke en economische crises die we doormaken allemaal met elkaar samenhangen, en dat wat we als geïsoleerde problemen zien, in feite oorzaken en gevolgen van elkaar zijn. Daarom zijn wij geroepen om de uitdagingen van onze wereld aan te gaan in een geest van verantwoordelijkheid en mededogen. We moeten de volksgezondheid voor iedereen opnieuw bekijken. Wij moeten acties bevorderen die de vrede bevorderen en een einde maken aan de conflicten en oorlogen die armoede en dood blijven voortbrengen. We moeten ons dringend inzetten voor de zorg voor ons gemeenschappelijk huis en duidelijke en doeltreffende maatregelen nemen om de klimaatverandering te bestrijden. We moeten het virus van de ongelijkheid bestrijden en zorgen voor voedsel en waardige arbeid voor iedereen, door steun te verlenen aan degenen die zelfs geen minimumloon hebben en in grote moeilijkheden verkeren. Het schandaal van hele volkeren die honger lijden blijft een open wond. We moeten ook een passend beleid ontwikkelen voor de opvang en integratie van migranten en van degenen die door onze samenlevingen worden afgedankt. Alleen door ruimhartig te reageren op deze situaties, met een altruïsme geïnspireerd door Gods oneindige en barmhartige liefde, kunnen wij een nieuwe wereld opbouwen en bijdragen aan de uitbreiding van zijn koninkrijk, dat een koninkrijk van liefde, gerechtigheid en vrede is.

Door het delen van deze overwegingen, hoop ik dat wij in het komende nieuwe jaar samen op weg kunnen gaan en de lessen die de geschiedenis ons te leren heeft op waarde kunnen schatten. Ik bied de staatshoofden en regeringsleiders, de leiders van internationale organisaties en de leiders van de verschillende religies mijn beste wensen aan. Aan alle mannen en vrouwen van goede wil spreek ik het biddende vertrouwen uit dat zij, als ambachtslieden van de vrede, dag na dag mogen werken om er een goed jaar van te maken! Moge Maria Onbevlekt Ontvangen, Moeder van Jezus en Koningin van de Vrede, voor ons en voor de hele wereld bemiddelen.

Vanuit het Vaticaan, 8 december 2022

Franciscus

Paus Franciscus