Net als juwelen: het dagelijks werk heiligen

Sergio, een kunstenaar uit het Braziliaanse São Paulo, vertelt over de weg die hem leidde tot het ontdekken van de werkelijke waarde van zijn werk en hoe het te heiligen.

Ik wil graag een persoonlijk getuigenis delen over mijn werk.

Mijn oom, José Antônio Macedo pr., heeft ooit gezegd: "Alleen zij die hier op aarde gelukkig weten te zijn, zullen in de hemel gelukkig zijn."

Ik vond het altijd moeilijk op aarde gelukkig te zijn, omdat we altijd onze zonden en onvolkomenheden hebben. Wanneer alles goed lijkt te gaan, sterft een geliefde en blijven we alleen achter, of we verliezen een baan of komen geld tekort. Deze wereld was nooit bedoeld als een plaats voor een comfortabele vrede. We zullen altijd een brand te blussen hebben, tot het einde van ons leven.

Capoeira tentoongesteld bij FEBRAMINI

Ik ben geboren in 1974. Ik ben het vijfde kind in een gezin van zes kinderen. Vier zussen kwamen voor mij. Na mij, bijna zes jaar later, kwam Fernando.

Mijn moeder merkte in mijn eerste twee levensjaren dat ik niet reageerde op prikkels als: "kijk eens naar die auto" of "kijk eens naar dat vogeltje". Ik keek ook niet naar mensen. Ik had de gewoonte om van hen weg te kijken. Ik keek omlaag, of in een andere richting. Iemand recht aankijken was gênant voor mij. Zelfs als ik naar mezelf in de spiegel keek, had ik hetzelfde gevoel van onbehagen en schaamte.

Ik werd naar psychologen gebracht, altijd vergezeld door mijn ouders, vooral mijn moeder. Eerst dachten ze aan cerebrale parese [een houdings- en bewegingsstoornis veroorzaakt door een hersenbeschadiging], maar uiteindelijk was de diagnose ‘emotionele stoornis’. Mijn moeder was radeloos; ze wist niet eens wat ‘emotionele stoornis’ was.

Hoe dan ook, in 1977-78 begon ik een behandeling bij een psycholoog. Ik begon sessies met haar terwijl mijn moeder buiten wachtte. Ik begon met school in 1978, op de toenmalige Tagarela kleuterschool. Er werden daar heel weinig grenzen gesteld aan ons gedrag. Soms werd ik erg onrustig. Ik doorboorde zelfs een paar zakken bonen in de supermarkt met mijn vinger, zodat de bonen eruit stroomden als een waterval. Ook maakte ik speelgoed van buren kapot, evenals kleimodellen van schoolgenootjes.

Begin 1979, toen ik viereneenhalf jaar oud was, begon ik te praten. Dit verraste mijn therapeut en mijn moeder. Een jaar later leerde ik normaal lezen en schrijven, zonder achterstand op mijn klasgenootjes. Mijn leraar beweerde zelfs dat ik sneller leerde dan de anderen.

Op de middelbare school presteerde ik gemiddeld, ik had een hekel aan leren. Ik hield alleen van tekenen en modellen maken van papier. Ik bouwde steden, vliegtuigen, helikopters, verkeersborden, altijd met één focus: de gedetailleerde mechanismen van deze objecten. Ik bouwde modelhelikopters, waarvan de propellers draaiden als een windwijzer. Ik liet de helikopter van het terras vallen en het zweefde naar beneden, de draaiende propellers werkten als een parachute, terwijl hij langzaam op de grond viel. Ik besefte dat de hellingshoek van de propellerbladen, naast andere onvolkomenheden, de prestaties van de helikopter beïnvloeden.

Van 1993 tot 1998 studeerde ik architectuur en stedenbouwkunde aan de universiteit. Ik werk nu niet meer beroepsmatig op deze gebieden. Ik ontwerp juwelen en sacrale kunst, en 1:12 miniaturen. Ik heb ook voor Gulliver Toys gewerkt, waar ik prototypes van actiefiguren maakte. Ik hou van het werken met mijn handen en het maken van miniatuur beeldhouwwerken.

Gelukkig begon mijn manie met de tijd te vervagen. Als volwassene kan ik zeggen dat ik me heb ontdaan van praktisch alles wat me belastte. Alleen wat goed is, blijft over. Ik heb mijn artistieke vaardigheden, zoals beeldhouwen en het produceren van miniaturen, sterk verbeterd.

Het maken van een miniatuurviool.

In 2015 stopte ik met het zoeken naar werk op de verkeerde plekken: alleen maar geld najagen. Ik heb eindelijk naar mezelf gekeken en gezegd: Ik ga doen wat ik leuk vind en beheers: miniatuurkunst voor verzamelaars waar ook ter wereld, en hoogwaardige kunst zoals sieraden.

In juli 2015 werd ik lid van de International Guild of Miniature Artisans en in 2017 behaalde ik het ‘Artisan Membership qualifying certificate’. Dankzij dit certificaat zijn deuren automatisch opengegaan. Ik kreeg klanten in het buitenland, waaronder een rijke prins van de koninklijke familie van Qatar, bekend in het vakgebied. Een kers op de pudding! Het stelde me in staat om deel te nemen aan beurzen in het buitenland en mijn kunst overal ter wereld te verkopen.

Als ik nu in mezelf kijk, ben ik eindelijk gaan begrijpen wat het betekent om gelukkig te zijn, zelfs hier op aarde. Wat veranderde was mijn focus. Alles begon vanzelf te gaan, zonder hardnekkige pogingen om een baan te zoeken in markten die niet bij mij pasten.

In de Heilige Schrift staat (Matteüs 6:24): “Jullie kunnen niet God dienen én de mammon”. Hoe waar! God wil dat ik deelheb aan Zijn eigen scheppingskunst. En zó voel ik me nu: Zijn medewerker, die op de juiste plaats het juiste doet.

Foto's: @sergiomnetto