Mijn ouders gaven een geweldig voorbeeld

Enrique Alonso uit Nederland wilde als kind net als zijn vader arts worden. Hij promoveerde als medisch-bioloog en na jaren leiding gegeven te hebben aan studentenhuizen van het Opus Dei in Nederland, werd hij op 14 mei in Rome priester gewijd.

Op 14 mei werd u priester gewijd. Wat betekent dat voor u?

Op de eerste plaats betekent het dankbaarheid dat Christus zich van mij wil bedienen om Zijn liefde aan de mensen mee te delen, of om Zichzelf te geven, met name in de sacramenten van de Eucharistie en de biecht.

Op de tweede plaats betekent het: verantwoordelijkheid om een goed instrument in handen van God te zijn. En de sleutelbegrippen voor deze verantwoordelijkheid zijn volledige inzet en tegelijk het besef dat God degene is die alles doet. Hij is degene die de mensen voor zich wint.

U bent priestervan het Opus Dei. Hoe bent u bij het Opus Dei gekomen?

Mijn ouders hebben mij – en mijn broers en zussen – een geweldig voorbeeld gegeven van menselijke en christelijke deugd. Zij hebben het zaadje van de liefde tot Jezus als kind in mijn ziel gelegd. Dit kwam tot uiting in talloze aspecten van het dagelijks leven: hun gebedsleven was een aansporing voor ons, maar ze dwongen ons nooit om te bidden of om naar de Mis te gaan. Ook niet op zondag, hoewel het dan vanzelfsprekend was dat wij gingen.

Zij spoorden ons aan om de talenten die God ons geschonken had, te benutten. Wij waren getuige van hun offers om een groot gezin vooruit te brengen, altijd met grote vreugde. En bovenal was er de liefde waarmee ze met elkaar omgingen en met ieder van hun kinderen. Ik denk dat daardoor het geloof bij al mijn broers en zussen, en bij mezelf, vroeg wortel is gaan schieten.

Toen kwam de school, waar een fantastische leraar, die ik bewonderde, mij vroeg of ik met een groep scholieren een weekend wilde gaan kamperen. Zij waren lid van een scholierenclub die door mensen van het Opus Dei werd geleid. Daar leerde ik kinderen kennen die niet alleen hun geloof serieus namen, maar óók aardig konden voetballen, goede cijfers probeerden te halen, én zeer sympathiek waren.

Deze combinatie trok me aan, en ik begon regelmatig naar die scholierenclub te gaan, waar ik mijn geloof verder ging verdiepen, zonder de andere zaken – sport, school, vrienden, familie – te verwaarlozen. Sterker nog, ik ging beseffen dat ik God in al die andere zaken kon en moest vinden, niet alleen in het gebed en in de kerk.

De rest kwam vanzelf. Toen iemand me na een paar jaar vroeg of ik niet had gedacht dat God mij kon roepen tot het Opus Dei, besefte ik dat ik niets anders wilde. Na een periode van bezinning en gebed heb ik die stap gezet, en ik heb er nooit spijt van gehad.

Ging u er bij uw keuze voor het celibaat al van uit dat het priesterschap op uw weg zou komen?

Ik ging er niet van uit dat het priesterschap een optie was, want ik had nooit gedacht om priester te worden. Ik wilde sinds mijn kinderjaren arts worden, zoals mijn vader. Toen ik bij het Opus Dei kwam, werd die wens sterker, maar dan met een extra dimensie: niet alleen om mensen te helpen (en omdat ik de geneeskunde erg boeiend vond), maar ook om God te dienen en de mensen de weg naar God te wijzen dóór mijn beroep.

Uiteindelijk heeft de 'loting' voor de studie geneeskunde roet in het eten gegooid en moest ik uitwijken naar de studie biologie. Maar ook in mijn werk als medisch-biologisch onderzoeker heb ik veel voldoening gevonden en veel vrienden gemaakt. Sommigen waren ook bij mijn wijding.

Pas later, naarmate mijn leven als christen – mede dankzij het Opus Dei – volwassener en dieper werd, heb ik de mogelijkheid van het priesterschap overwogen en heb ik mijn beschikbaarheid voor het priesterschap bekend gemaakt aan onze prelaat, Mgr. Javier Echevarría.

Paus Benedictus XVI riep tijdens de woensdagaudiëntie op 13 april op om "geen angst te hebben om de heiligheid tot hoogste doel te stellen". De Heilige Vader vervolgde: "Heilig worden kan iedereen, die een levendige relatie heeft met Christus. In al onze tekortkomingen zal de Heer ons met zijn genade en liefde vormen.

Is de universele roeping tot heiligheid in deze moderne wereld überhaupt mogelijk? Natuurlijk! Sterker nog, het streven naar de heiligheid is met de dag noodzakelijker voor christenen, om tegen de stroom op te kunnen roeien. Ik denk dat een christen die tegenwoordig zijn geloof niet serieus wil nemen, en niet bereid is offers ervoor te brengen, een christen is die vrij makkelijk met de stroom meegesleurd kan worden.

De heiligheid is een moeilijk bereikbaar ideaal, maar hij is mogelijk, want Christus heeft het aan al zijn leerlingen voorgehouden en niet alleen aan de apostelen. Hij zei 'Weest volmaakt zoals mijn hemelse Vader volmaakt is'. En de genade van God hebben we, we moeten er alleen aan beantwoorden. Naarmate we meer van dat verlangen vervuld zijn, en dat in praktijk brengen, zullen we onze medemensen de goedheid van God kunnen tonen.

Na uw afstuderen en promotie heeft u ongeveer 15 jaar studentenhuizen van het Opus Dei geleid en hierbij studenten begeleid tijdens studie en dagelijks leven. Heeft u hieraan een bijzondere herinnering? Hoe staan studenten ten opzichte van het christelijke geloof en de Katholieke Kerk in het bijzonder?

In al deze jaren heb ik veel met studenten gesproken en heb veel van ze kunnen leren; de meeste van mijn oud-huisgenoten kunnen dit beamen.

Studenten brengen heel wat leven in de brouwerij en kunnen een geweldige inbreng hebben in zo´n huis, ook als ze niet katholiek zijn en zelfs niet gelovig. Daartoe moeten ze alleen open staan voor een omgeving met een katholieke inspiratie, moeten aan zichzelf willen werken – en dus kritiek aanvaarden –, en hard willen studeren. Want zonder studie, geen student. Als aan deze voorwaarden is voldaan, komt de rest vanzelf.

Studenten, zoals alle jonge mensen, staan vaak open voor het katholieke geloof en de Kerk. Enkele jaren geleden zei een huisgenoot, nadat ik hem de eisen én de mooie kanten van de katholieke moraal had uiteengezet: "dit is zeer mooi, ik wou dat ik in staat was zo te leven". Ik antwoordde hem: "met de sacramenten, inbegrepen dat van de vergeving, zijn we er wél toe in staat". Daar sta ik nog pal achter.

Komt u weer terug naar Nederland of gaat u elders in de wereld als priester aan de slag? Wat zal uw belangrijkste taak als priester zijn?

Ik verwacht, na een stage in Spanje, tegen het einde van dit jaar naar Nederland terug te keren om daar als priester te gaan werken. Daar zal mijn belangrijkste taak zijn: zeer verenigd zijn met God om Hem aan de mensen door te kúnnen geven, vooral in de sacramenten, de geestelijke leiding en in de prediking.