Op het hoogfeest van het Heilig Hart van Jezus ontving de paus de congresdeelnemers van de Italiaanse Federatie van de Apostolische Unie voor de Clerus en de vertegenwoordigers van de nieuwe Apostolische Unie voor de Leken.

Johannes Paulus II herinnerde eraan dat hij in zijn apostolische brief Novo millennio ineunte had geschreven dat “de Kerk te maken tot huis en leerschool van de gemeenschap de grote uitdaging is waarvoor wij in het voor ons liggende millennium staan”.

Dit betekent in de eerste plaats het “bevorderen van een spiritualiteit van de gemeenschap”, hetgeen volgens de paus “een radicale bekering tot Christus, een zich volgzaam openstellen voor de werking van zijn heilige Geest en een oprecht onthaal van de naaste” vereist.

“De Wereldgebedsdag voor de heiliging van de clerus, die wij door een gelukkig toeval vandaag vieren, is een goede gelegenheid om de Heer heilige bedienaren voor zijn Kerk te vragen”, aldus de paus.

Hij benadrukte dat “alle priesters het voorbeeld van de hemelse Meester moeten volgen om dit ideaal van heiligheid te bereiken. (…) Een heilige van onze tijd, Jozefmaria Escrivá, schrijft dat ‘de Heer ons als fakkels gebruikt om dat licht te laten schijnen… Het hangt van ons af of veel mensen niet langer in de duisternis blijven, maar de paden volgen die naar het eeuwig leven leiden.’” “Maar – zo besloot de paus – waar elders dan in het hart van Christus die een onuitblusbare haard van liefde is, kunnen de fakkels worden aangestoken?”