Mijn geliefde dochters en zonen, moge Jezus jullie behoeden!
In deze periode van verdriet richten wij, samen met de hele Kerk, onze gebeden tot de Heer voor de ziel van onze geliefde paus Franciscus. God zal zijn edelmoedige toewijding aan de dienst van het Volk van God en de hele wereld beloond hebben.
De paus had een groot vertrouwen in de barmhartigheid van God en een van de belangrijkste onderwerpen van zijn pontificaat was juist om dit aan de mensen van vandaag bekend te maken. Door zijn voorbeeld spoorde hij ons aan om Gods barmhartigheid, die nooit ophoudt ons te vergeven, te aanvaarden en te ervaren; en aan de andere kant om barmhartig te zijn voor anderen, zoals hij zelf onvermoeibaar was, en getuigde met zoveel gebaren van tederheid als centraal onderdeel van zijn pontificaat.
De heilige Jozefmaría zei altijd tegen ons: “Neem het woord van de paus aan met een vrome en nederige houding, met een innerlijke en effectieve instemming. Zorg dat het weerklank krijgt!” (De Smidse, 133). Moge het voorbeeld van paus Franciscus ons ertoe brengen dit getuigenis te herhalen, om verder te gaan als apostelen van barmhartigheid in een wereld die getekend is door de wonden van onverschilligheid en geweld.
Laten we ons wenden tot Onze Lieve Vrouw, Mater Spei - zoals Franciscus haar graag noemde - in wie “alles in haar leven werd gevormd door de aanwezigheid van de mens geworden barmhartigheid” (Misericordiae Vultus), zodat ook wij ooit God van aangezicht tot aangezicht kunnen aanschouwen.
Met al mijn genegenheid zegen ik jullie,
jullie Vader

Rome, 21 april 2025