Nieuwe documentaires over de zalige Josemaría op video

Uitgeverij De Boog heeft twee documentaires over de stichter van het Opus Dei, de zalige Josemaría Escrivá, op de markt gebracht

Een Geschenk van God geeft een beeld van deze grote persoonlijkheid in de moderne geschiedenis van de Kerk: het gezin waarin hij geboren werd, zijn jeugd, het moment waarop hij de goddelijke inspiratie ontving om het Opus Dei te stichten; de ontmoetingen met duizenden mensen over heel de wereld; zijn zaligverklaring in 1992 op het Sint Pietersplein te Rome in aanwezigheid van meer dan driehonderdduizend mensen. Ook wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van het Opus Dei en de vele initiatieven van gelovigen van deze personele prelatuur van de katholieke Kerk. (Duur: 50 minuten)

Een Kwestie van Geloof gaat over de devotie tot de zalige Josemaría Escrivá. De documentaire geeft in grote lijnen de geest van de stichter van het Opus Dei weer. Er komen mensen aan het woord voor wie hij een voorbeeld is voor deze tijd, zoals een Russische dichter, een Duits gezin, een jonge Française, een Chinese schilder en een Amerikaanse kardinaal. De documentaire werd voor het eerst uitgezonden door de Italiaanse RAI en is inmiddels in diverse talen uitgekomen. (Duur: 30 minuten)

Hieronder komen enkele mensen uit de documentaire "Een kwestie van geloof" aan het woord: Een natuurkundige uit Moskou

Het atheïstisch materialisme probeerde God uit het hart van de mens te bannen. Het is opvallend, dat juist daar waar dit gebeurde, het christelijk "materialisme", zoals Josemaría Escrivá het noemt, in heel zijn radicaliteit wordt verstaan. Joeri Antonowitz Simonov is hoogleraar theoretische natuurkunde en directeur van het laboratorium voor kernfysica in Moskou. Hij werd in 1989 gedoopt, nadat hij kennis had gemaakt met de boodschap van de zalige.

"Belangrijk in de leer van Josemaría Escrivá is de oproep tot nederigheid en eendracht. Tegenover tendensen van het christendom uit de Middeleeuwen doet Josemaría Escrivá een oproep tot vrede. Hij zelf heeft geleden in de Spaanse Burgeroorlog en hij heeft velen zien sterven. Hij zegt ons: We moeten verenigen, begrijpen en vergeven. Richt nooit een kruis op om alleen het feit te gedenken dat sommige mensen anderen hebben gedood. Dat zou de standaard van de duivel zijn. Wij moeten allen vrede bereiken. Dit verlangen om mensen te verenigen onder bescherming van het Kruis lijkt mij erg belangrijk, vooral in ons land. Ik dank God dat hier niet zoiets is gebeurd als in Joegoslavië. Dat kan het gevolg zijn van een christelijke houding van mensen die veel geleden hebben. Het kan vrucht zijn van het gebed van de heiligen, van de zalige Josemaría, en natuurlijk van de Moeder Gods. Wij zijn gespaard van verschrikkelijke dingen."

Een Russische dichter

Tot eind jaren tachtig bestond de enige godsdienstige lectuur die in omloop was - met grote gevaren voor wie die in bezit had - uit carbonkopieën van getypte handschriften. Onder deze "samizdat" was ook De Weg in omloop. Alexander Ivanowitz Zorin, dichter, lid van de schrijversbond sinds 1979 en orthodox christen, vond in die jaren in De Weg een kostbare bron van dichterlijke inspiratie. "Escrivá zegt dat ons leven heilig kan zijn. Heiligheid zoeken vinden sommigen een gebrek aan nederigheid. Maar de Heer zegt dat wij allemaal geroepen zijn om heilig te worden. En Escrivá bevestigt dit door zijn ervaring. Voor mij was het van belang dat Escrivá zei dat men God kan ontmoeten in zijn beroep. In ons land denken veel mensen dat het beroep een juk is. Een keten waarvan je je niet kunt bevrijden. Maar Escrivá zegt dat het beroep een openbaring kan zijn van God aan ieder mens. Ik voelde dat al aan. Maar Escrivá heeft het nauwkeurig geformuleerd. Ik merkte dat mijn ontmoeting met God hier plaatsvindt. Hier aan mijn bureau. Een dichter bidt door zijn poëzie. Hij bidt in verzen. Misschien lijkt het een godslastering wat ik nu ga zeggen. Maar ik ben er zeker van dat mijn geestelijk leidsman me begrijpt. God is niet minder aanwezig op mijn werktafel, in mijn beroep dan in de kerk. Ook al zoek ik Hem vaak in de kerk op. Dat heb ik geleerd van Escrivá."

Een jonge Parisienne

Honderdduizenden jongeren vulden het Champs de Mars op 21 augustus 1997, de 12e Wereldjongerendag. Onder hen bevond zich een jonge Franse vrouw van het Opus Dei, Aude Mircovic. Zij moest de Paus begroeten samen met 69 andere jongeren. Bij die gelegenheid kon ze haar liefde voor de Paus heel concreet tot uitdrukking brengen en een tijdlang de bevende hand van Johannes Paulus II vasthouden. "Het leven van monseigneur Escrivá is een leven vol toewijding in dienst van de Kerk. Ik geloof dat hij tegen zijn geestelijke kinderen zei: Jullie kunnen één ding zeggen van de stichter van het Opus Dei, namelijk dat hij heel veel van de Paus hield. Hij deed zelf wat hij ons leerde: elke dag voor de Paus bidden en proberen iets voor hem op te offeren. Alle mensen van het Opus Dei doen dat in heel de wereld."

Een Braziliaanse pianist

João Carlos Martin is een Braziliaanse pianist van wereldnaam. In een kranteninterview heeft hij zich een groot vereerder van de zalige Josemaría verklaard. Aan zijn voorspraak - zo zegt hij zelf - dankt hij het volledig herstel van zijn artistieke vaardigheden na de ernstige hersenbeschadiging die hem in 1995 in Sofia had getroffen. Na een lange herstelperiode kon hij weer piano spelen, maar hij had niet voldoende weerstand. Hij moest een concert gaan geven in de Carnegie Hall in New York. Twee weken tevoren vroeg hij God om een teken, nadat hij intens tot de zalige Josemaría Escrivá had gebeden.

"Mijn hond in Miami had nooit aandacht voor piano spelen. Hij kwam nooit bij de piano zitten als ik zat te studeren. Die dag hield ik m'n hand in een positie die veel weerstand gaf. Die houding ging ik daarna in het ziekenhuis laten testen. Op dat moment sprong de hond op de pianobank en begon mijn hand te likken. Dat had hij heel zijn leven nog nooit gedaan. Toen voelde ik, dat dit echt een teken was. Veertien dagen later gaf ik misschien wel het beste concert van mijn leven in de Carnegie Hall in New York. Andere dingen kan ik nog altijd niet: schrijven of met mijn rechter hand eten. Maar piano spelen kan ik wel tot twintig noten per seconde. Ik zie dit als een wonder in mijn leven."

Een Duits gezin

Petra en Rolf Herold wonen in Forcheim bij Neurenberg. Zij zijn beiden afgestudeerd in natuur- en wiskunde. Ze zijn getrouwd en hebben vier kinderen. Voordat ze de boodschap van Josemaría Escrivá leerden kennen - via een informatiebulletin in een kerk - was Rolf lid geweest van de evangelische kerk.

Petra: "Ik stond nogal ver van de Kerk af. Toen las ik het boek van Berglar over de zalige Josemaría. Ik besefte dat de stichter van het Opus Dei de Kerk erg veel liefhad. Daarin heeft hij me besmet. Ik kon toen volledig ja tegen de Kerk en de Paus zeggen. Dankzij hem weet ik evenwicht en eenheid in mijn leven te brengen. En ook hoe ik mijn werk kan heiligen en omvormen tot gebed. Het gaat niet om het soort werk, belangrijk of niet. Alleen de liefde en moeite waarmee ik het doe, telt."

Rolf: "De stichter liet het centrale huis in Rome aan een bezoeker zien. Die vroeg hem van welke kapel in huis hij het meeste hield. Toen deed hij een raam open dat uitzag op de drukke Bruno Buozzi straat en zei: Deze kapel geniet mijn grootste voorkeur, de straat. Ik denk vaak aan dit voorval als ik verstrooid raak in het gebed. Of wanneer ik over straat loop en op weg aan God probeer te denken. Ook het ongemak dat je tegenkomt kun je aanvaarden. Dat is het voorbeeld dat de zalige Josemaría me heeft gegeven: Iedere situatie niet zien als iets wat me van God verwijdert maar me dichter tot Hem brengt."

Een Chinese schilder

Veel medewerkers van het Opus Dei, vooral in het Verre Oosten, zijn niet-katholiek en niet-christen. Zij waarderen de sfeer van vriendschap en vreugde die in de centra van het Werk heerst. Zo ook Gary Chu, een schilder. Zijn vader was straatveger. Zijn familie arm en talrijk. Hij kon niet naar de kunstacademie. Op school zat hij stiekem te tekenen, terwijl zijn klasgenoten Chinese lettertekens leerden. Hij heeft portretten gemaakt van de stichter van het Opus Dei.

"Ik leg de laatste hand aan deze scène van Onze Lieve Vrouw met Kind en een engel die samen met een vlieger spelen. Alles in de stijl van de Tang periode. Ik ben nog niet katholiek, maar ik denk dat ik op een goede dag gedoopt word. Ik houd van Jezus, van de Maagd Maria en van Sint Jozef. Ik schilder hen graag, nu al meer dan honderd keer. De schilderijen zijn op veel plaatsen in de wereld. Als ik hen schilder, spreek en bid ik tot hen. Dit is een van mijn eerste portretten van de zalige Josemaría. Hij aanbad God in het heilig Sacrament. Daarom wilde ik hem schilderen vol concentratie, gelukkig en vervuld van liefde."

Een Amerikaanse kardinaal

De voormalige aartsbisschop van Washington, kardinaal James Hickey, heeft een bijzondere achting voor het kindschap Gods, een van de voornaamste aspecten van de boodschap van Josemaría Escrivá. Hij is een groot vereerder van de zalige en zegt twee voorname gunsten van hem verkregen te hebben. Tijdens het Tweede Vaticaans Concilie was hij onder de indruk van het beraad over hoofdstuk vijf van Lumen gentium over de universele oproep tot heiligheid. Maar pas later, toen hij al aartsbisschop van Washington was, begreep hij wat die oproep betekende, nadat hij had gezien hoe mensen met devotie tot de zalige Josemaría die oproep in praktijk brachten.

"Daardoor kreeg ik veel waardering voor de zalige Josemaría. Mijn belangstelling en liefde voor hem werden dieper. Door zijn faam van heiligheid en zijn zaligverklaring liet ik hem 'een paar karweitjes opknappen'. Hij heeft mij in belangrijke beslissingen geholpen. Iets waarvan ik dacht dat het nooit zou gebeuren, gebeurde toch. Het zijn geen wonderen die dienen voor de heiligverklaring. Maar wel gunsten die me op het spoor naar hem zetten. Als dingen moeilijk en saai worden zeg ik tegen hem: Ik heb weer iets voor jou om op te knappen! Ik heb hem in Rome nooit kunnen ontmoeten. Dat vind ik jammer. Maar ik heb hem goed leren kennen door zijn geestelijke kinderen. Het is kennis uit tweede hand. Maar hopelijk in de hemel uit de eerste hand."

Een Spaanse moeder

María Victoria Troncoso, moeder van vier kinderen, was docent aan de universiteit. Twee van haar dochters zijn verstandelijk gehandicapt. Ze is medewerkster van de Stichting Downsyndroom in Noord-Spanje. Door haar persoonlijke ervaringen besloot zij zich helemaal in te zetten voor degenen die aan dit syndroom lijden en voor hun familieleden. Op een gegeven ogenblik heeft ze het onderwijs vaarwel gezegd en ging ze de benodigde kennis verwerven om zich ten dienste van anderen te stellen. Zij was, zoals de zalige Josemaría zei, ervan overtuigd dat voor wie God bemint alles ten goede is.

"Mijn devotie tot de zalige Josemaría uit zich vooral in dankbaarheid voor alles wat ik ontvang. En ik vraag hem me te blijven helpen. Als ik bepaalde problemen moet oplossen komen zijn houding of uitspraken mij voor de geest. Die helpen mij een situatie op te lossen. Ik vraag hem ook vaak hoe ik een nieuwe situatie moet aanpakken. Zowel vanuit het gezichtspunt van het geloof als vanuit menselijk en organisatorisch oogpunt. En ik kan verzekeren, dat hij mij heel vaak helpt."

De video Een Geschenk van God / Een Kwestie van Geloof (DFL. 39,95 / BF 740 / € 18,50) is te bestellen bij:

Stichting De Boog

Herenstraat 41

3512 KB Utrecht

tel./fax: (0578) 61 51 49

E-mail: shop@deboog.nl