Het verhaal van een Peruviaans meisje en haar plotselinge genezing

Hellen Katty, een sportief, enthousiast en gezond meisje van 11 jaar, voelde zich plotseling slecht; de artsen stelden een ernstige ziekte in het bloed vast. Haar moeder Elena bad intens tot de zalige Josemaría Escrivá en haar kind, dat inmiddels enkele dagen in een ernstige toestand verkeerde, genas in een dag. Er is geen wetenschappelijke verklaring voor de genezing van Hellen.

Hellen Katty

Hellen Katty is de oudste van vier kinderen. Haar moeder, Elena Gallo de Flores, werkt bij de rioleringsdienst in Piura en haar vader, Enrique Flores, is onderofficier bij de Peruaanse Luchtmacht (FAP).

In 1994 zat Hellen Katty op de lagere school van het opleidingscentrum van de luchtmachtbasis FAP in Piura, waar zij woont. Op een dag merkte Elena, dat het kind hardnekkige jeuk aan het been had. Zij bekeek het nauwkeuriger en zag, dat er rode stippen op het been zaten; ze dacht dat het een gewone allergie was en daarom spoedig zou verdwijnen. Het kind ging slapen, maar Elena, in feite toch wel ongerust, stond ’s nachts op om bij haar te waken; ze maakte haar niet wakker om haar niet bang te maken. Toen ontdekte zij, dat er op het kussen van Hellen bloed zat, dat uit haar mond en hoofd stroomde.

De volgende dag bracht haar man het kind naar het hospitaal van de FAP. De dokter zei hem, dat het broosheid van de haarvaten betrof en liet meteen een bloedanalyse verrichten. Het resultaat van de onderzoeken was niet bevredigend: het kind had lage bloedplaatjes, waardoor haar bloed niet op de normale wijze stolde.

Enrique ging diep bezorgd terug naar huis. Samen met zijn echtgenote besloot hij het kind over te brengen naar het ziekenhuis van de FAP in Lima. Elena vroeg vrij van haar werk en kon met Hellen Katty meegaan.

In het ziekenhuis

Bij aankomst werden zij bij de afdeling spoedgevallen opgewacht door dokter Consuelo Astete, die het kind onderzocht en haar vanwege de ernst van de zaak meteen liet opnemen.

Dokter Jorge Vargas, die daarna de zorg voor Hellen Katty op zich nam, liet nieuwe analyses verrichten en stelde vast, dat de bloedplaatjes voortdurend daalden, tot een niveau dat ver onder de fysiologische grenzen lag. De specialisten stelden vast, dat het een “ernstige idiopathische stolling van de rode bloedlichaampjes” betrof. Dokter Vargas stelde Elena op de hoogte van de ernstige toestand van het kind en vroeg haar om haar echtgenoot in Piura naar de hoofdstad te laten komen. Die nacht deed Elena geen oog dicht. De arts had haar gevraagd bij Hellen te waken, omdat zij steeds meer verzwakte.

De nieuwe onderzoeken die werden verricht alarmeerden de arts opnieuw. Toen hij rond elf uur ’s ochtends het kind kwam onderzoeken, keerde hij zich tot haar moeder en gaf haar een bidprentje van de zalige Josemaría Escrivá, dat dokter Consuelo Astete hem twee dagen tevoren had gestuurd en dat hij vergeten had aan Elena te overhandigen.

De genezing

Nadat zij het devotieprentje van de zalige Josemaría Escrivá had gekregen, bad Elena met aandrang en vurigheid het gebed en smeekte hem het leven van haar dochter te redden. Zo nu en dan stopte ze het prentje onder het kussen van Hellen. Ofschoon zij de zalige Josemaría niet kende, voelde zij, als ze ernaar keek, dat hij haar geloof opwekte.

Elena herinnert zich, dat het kind erop voorbereid was en dat verwacht werd, dat zij die dag nog zou overlijden. ’s Morgens deed men nog een onderzoek en om drie uur ’s middags op dezelfde dag, donderdag 22 september, kwam dokter Vargas met de resultaten van dat onderzoek. Hij had goed nieuws. Toen hij Elena zag, zei hij tot haar: “Mevrouw, uw geloof heeft uw dochter gered: de bloedplaatjes zijn gestegen tot 140.000. Zeg maar tegen dokter Astete, dat het bidden van het prentje het wonder heeft verricht.” Het betrof niet slechts de toename van de bloedplaatjes, maar de plotselinge en volledige genezing. Het meisje hoefde geen enkele verdere behandeling meer te ondergaan, want zij was helemaal gezond.

Elena, haar moeder, verzekert vanaf dat ogenblik dat de genezing te danken is aan de voorspraak van de zalige Josemaría Escrivá. Zij heeft er nooit aan getwijfeld, in tegendeel, zij heeft altijd haar dankbaarheid getoond door van het gebeurde te getuigen. Alvorens naar Piura terug te keren, ging zij met haar dochter naar de H. Mis om God voor de genezing te danken.

Een bidprentje in de rugzak

Hellen Katty is nu zeventien jaar. Dr. Cannata onderzoekt periodiek haar bloed, maar de bloedplaatjes hebben een normaal niveau. Op dit moment bereidt zij zich voor om te gaan studeren aan de Nationale Universiteit van Piura: zij wil er informatica gaan studeren. Sinds zij het ziekenhuis heeft verlaten, heeft zij in haar rugzak altijd het bidprentje bij zich, dat zij “het prentje van het wonder” noemt. Zij draagt het overal bij zich en vertelt het verhaal aan haar vrienden. Zij bidt tot de zalige Josemaría om haar te helpen bij haar examens en vele andere dingen.

Elena benadrukt dat zij zeer blij is deze gunst verkregen te hebben. Hoewel zij het financieel moeilijk heeft, is zij gelukkig, omdat zij heeft begrepen hoe belangrijk andere dan louter materiële waarden zijn.

Fabiola Morales // Semana (Peru)